Israel, Europa en het islamterrorisme

Europa hoef ik niet eens te vermelden: een heel continent keert nu terug naar de lafheid van de jaren '30. Cartoonisten zijn er bang om moslim-gevoeligheden te beledigen, dus schilderen ze nu de Joden af als nazi's. Ze lopen immers geen gevaar dat beledigde Joden hun hoofden gaan afhakken. De Franse minister van buitenlandse zaken ontmoet de Iraniërs om zijn solidariteit te betuigen met de terroristen die Israël van de kaart willen vegen [...] en slaagt erin om Chamberlain in Munchen te overtreffen. We kunnen ons alleen maar afvragen of de voornaamste katalysator voor die Franse ontaarding bezorgdheid is over olie, terroristen, kernbommen, de niet-geassimileerde immigranten in eigen land, of de oude Gallische jodenhaat. [...]

Ja, wellicht had Israël sneller, harder moeten toeslaan met grondtroepen. Ja, het heeft een slechte public relations campagne gevoerd. Ja op deze kritiek en meer. Maar wat we uit het oog verliezen is het centrale morele thema van deze tijd: een humane democratie die verwikkeld zit in een asymmetrische oorlog probeert zichzelf te verdedigen tegen terroristen uit de zevende eeuw, onder het toeziend oog van een corrupte wereld die olie nodig heeft, die grotendeels anti-semitisch is en doodsbang is voor islam-terroristen, en die met genoegen succesvolle westerse samenlevingen onder druk ziet staan.

Victor Davis Hanson in National Review, 4 augustus 2006