Haute finance
"De tijd van het adellijke Franstalige machtbastion in België is voorbij. De Franstalige haute finance domineert niet langer de bestuursraden van de Belgische beursgenoteerde bedrijven. Ze moest wijken voor Vlaamse 'netwerkers', mensen als Pol Bamelis, Luc Vansteenkiste, Wilfried Vandepoel, Philippe Vlerick en Louis Verbeke". Dat schreef De Tijd afgelopen vrijdag. Van de vijftien topbestuurders in België komen er elf uit Vlaanderen. Vier jaar geleden waren het er slechts vijf, twaalf jaar geleden slechts twee. De achteruitgang van de Franstaligen is deels te wijten aan de teloorgang van de Generale Maatschappij van België, beter bekend als de Société Générale. Toch zegt dit beeld niet alles: het brengt de bestuursmandaten in kaart, niet de werkelijke macht, noch het aandeelhouderschap, noch de persoonlijke net worth. Daniël baron Janssen (Solvay) en Albert baron Frère (GBL) blijven respectievelijk voor en achter de schermen belangrijke kopstukken van de Franstalige haute finance en hebben een aanzienlijk persoonlijk fortuin. Drie politici staan in de top-100 van Belgische bestuurders: de Vlaamse christendemocraat Jean-Luc Dehaene (Interbrew, Umicore, Telindus en Lotus), de Vlaamse socialist Karel Van Miert (Solvay en Agfa-Gevaert) en de Franstalige liberaal Philippe Bodson (Floridienne, Fortis, Exmar en Immobel). Roland Duchatelet, Karel De Gucht, Annemie Neyts, Luc Van den Bossche, Herman De Croo, Mark Eyskens en Didier Donfut bekleden ook bestuursmandaten bij beursgenoteerde bedrijven, maar raken niet in de top-100. Bij De Gucht en Donfut gaat het om bestuursmandaten waarbij zij de Belgische Staat als aandeelhouder vertegenwoordigen bij Dexia. Beiden nemen wellicht binnenkort ontslag omdat hun mandaat niet te combineren valt met hun functie van respectievelijk minister en staatssecretaris.